Doorgaan naar hoofdcontent

Heimwee en Ottolenghi



"Alles wat we proeven en alles wat we koken
wordt gefilterd door het prisma van onze jeugdervaringen."
Yotam Ottolenghi in Jeruzalem

Ik denk dat het waar is. Dat we, bij alles wat we doen, stiekem op zoek zijn naar iets van vroeger: een plek waar je vrij was, iets wat je mooi vond, of eten dat zo lekker was. Ik ben van '71, dus in mijn kindertijd was het koken van nasi of spaghetti een culinaire prestatie. Vooral de spaghetti van mijn moeder vond ik heerlijk, gewoon spaghetti met tomatensaus uit een zakje en blokjes ham. Ik dacht later dat ik die smaak gemakkelijk weer tevoorschijn zou kunnen toveren, maar dat lukte me nooit helemaal. Terwijl ik het toch echt vaak geprobeerd heb. Ik gebruikte precies dezelfde ingrediënten, maar de ham smaakte anders en de saus uit het zakje ook - ik kreeg er tot mijn teleurstelling niet hetzelfde gevoel bij.

In mijn zoektocht kreeg ik een tijdje geleden hulp uit onverwachte hoek: ik maakte de 'Kikkererwtensoep met tomaten en brood' uit Plenty van de altijd onconventionele Ottolenghi. En bij de eerste hap was opeens dat oude, vertrouwde gevoel er weer. Ik had zelfs de neiging om mijn armen beschermend om de kom met het warme troost-eten te leggen. Zo lekker vond ik het, en zo heerlijk bekend. Terwijl er geen spaghetti in zat, en geen ham. Geen mix uit een zakje. Alleen de tomaten komen ook in het oude plaatje voor. Raar vond ik dat.

Pas onlangs drong tot me door, op mijn bijna-oude dag, dat het geheim helemaal niet in de spaghetti van mijn moeder zat. Dat ik kan proberen wat ik wil, maar dat het niet gaat lukken: iets van vroeger net zo lekker vinden als toen. Het is juist de grap, bedenk ik nu, om steeds nieuwe dingen te vinden. Plekken waar ik me vrij voel, dingen die ik mooi vind, of eten dat ik net zo lekker vind als vroeger.
Kikkererwtensoep uit Plenty

Kommetje troost-eten

Reacties

Populaire posts van deze blog

Heet en koud Niets is zo fijn als een goed contrast. Zoals deze dagen, die vergeleken met de laatste maanden zo zacht, licht en helder zijn. Het groen wordt groener en het blauw wordt blauwer. Het is alsof de wereld zijn kop weer naar buiten steekt, net als zo´n trage, oude schildpad dat kan doen, na tijden in zichzelf gekeerd te zijn. Ik kijk met verbazing om me heen en alles is weer geweldig. Ik denk dat contrast in een maaltijd net zo belangrijk is als in de rest van je leven. Het geeft beweging en leven. Een kom geroosterde groenten uit de oven is lekker, maar wordt heerlijk in combinatie met wat sneetjes luchtige ciabatta. Als je een hapje van het ene hebt genomen, wil je weer een hapje van het andere. Dat is lekker eten. En dan heb je alleen nog maar het verschil tussen zacht en knapperig. Wat denk je van vochtig en droog, romig en strak, pittig en flauw: het kan allemaal in één gerecht. Ottolenghi gebruikt in Simpel weer een ander contrast: hete, geblakerde tomaatjes
Een beetje zuur Soms heb je het gevoel dat je iets mist, terwijl je niet precies weet wat je dan mist. Je kunt er niet echt de vinger op leggen. Soms kom je er dan later toch achter wat dat dan was, omdat je dat goede of mooie alsnog meemaakt en dan weet je: dit zocht ik dus. Zo leerde ik pas op latere leeftijd de humor kennen, bij mensen van wie ik dat helemaal niet verwacht had. Maar het lekker kunnen lachen om jezelf of een ander was zo bevrijdend. En ik vind het nu heerlijk om ook te mogen lachen om serieuze onderwerpen, zonder dat iemand me ontsteld aankijkt. Gelukkig heb ik geweldige mensen om me heen, bij wie dat kan. Met eten heb ik precies hetzelfde, al klinkt dat misschien raar: ik heb het geweldige zuur ontdekt. Ik heb ervaren dat zuur precies dat doet voor je maaltijd, wat humor doet in bijvoorbeeld relaties: 1) het frist zaken op die van zichzelf een beetje suf zijn, 2) het brengt het geheel mooi in balans en 3) het maakt je hoofd weer helder. Echt waar, ga maar na: